UITSNEDEstation.png

Stinzen, states en molens

Westerhuis

De Westerhúsloane loopt van de Hoge Herenweg naar de zeedijk, maar waar komt deze naam eigenlijk vandaan? Aan de Westerhúsloane (of eigenlijk Westerhúslânne zoals in krom Frysk de straatnaam officieel luidt) staat de boerderij Nieuw Westerhuis van de familie Binnema, maar dit is niet de oorspronkelijke plek die aangeduid werd met Westerhuis. Dat was aan de Hoge Herenweg waar de Westerhúsloane begint en waar nu een aantal woningen staat.

Ooit stonden daar twee boerderijen die in 1511 eigendom waren van klooster Foswerd. Waarschijnlijk waren de boerderijen geschonken of nagelaten aan het klooster. In 1540 werden de boerderijen gepacht door Andries toe Westerhuijs en Tijaerdt Lijuwez toe Westerhuijs.

Toen de kloosters in 1580 werden opgeheven eigenden de Staten van Friesland zich de kloostergoederen toe. Van 1638 tot 1644 deden de Staten alle in 1590 verkregen boerderijen uit geldnood weer van de hand.

In 1698 is Sjoerd Tjerks Westerhuis uit Leeuwarden de eigenaar. Waarschijnlijk was diens vader Tjerk Sjoerds voor hem al eigenaar, want die wordt in 1676 al met de achternaam Westerhuis genoemd. Ongetwijfeld heeft de familie haar achternaam ontleend aan haar bezit Westerhuis. Het is niet zeker of deze familie de boerderijen rond 1640 van de Staten van Friesland gekocht heeft of dat er in de tussentijd mogelijk nog een andere eigenaar is geweest. 

westerhuis schotanus
Westerhuys zoals aangegeven in de Schotanusatlas van omstreeks 1700 

Tjerk Sjoerds had bij zijn trouwen in 1641 een bijzonder beroep: caffawerker, hij maakte bijzondere fluwelen stoffen en later wordt hij vermeld als lakenkoopman. Dat was ongetwijfeld een goede business in de gouden eeuw. De familie, die geen adellijke afkomst had, wilde waarschijnlijk ook meedoen met de elite, en daar hoorde het bezit van een buitenplaats bij. Tjerk is mogelijk de bouwheer geweest van de buitenplaats Westerhuis. 

Sjoerd Tjerks Westerhuis had als functies bouwmeester van Leeuwarden en ook schepen (wethouder) en zelfs burgemeester. (De functie burgemeester is niet goed te vergelijken met die van nu, want er waren vier mannen tegelijk in functie als burgemeester.) Vader Tjerk was eerder ook al enkele jaren burgemeester van Leeuwarden.

Veel states hadden een oorsprong als stins, een verdedigbaar stenen huis, maar Westerhuis is niet bekend als voormalige stinslocatie.

westerhuis kadaster 1832 genummerdOp de kadasterkaart van 1832 zien we het Westerhuis op een omgracht terrein. Er was een siertuin bij en een boomgaard. Het herenhuis was tegen de boerderij aangebouwd. Zie op de plattegrond hiernaast, in donkerrood aan de westkant het herenhuis (nr. 3), en ertegenaan de boerderij (nr. 1). Dit kwam een enkele keer vaker voor, maar is wel bijzonder. Er vlakbij, buiten de gracht, stond een tweede boerderij (nr. 2), die ook bij Westerhuis hoorde. De Hoge Herenweg liep hier met een opmerkelijke slingerbocht omheen. Deze tweede boerderij is mogelijk later verplaatst naar de Westerhúsloane.

Sjoerds dochter Dieuke wordt met haar man Johannes Wielinga de volgende eigenaar. Hij was advocaat bij het Hof van Friesland en postmeester in Leeuwarden. Al op 33-jarige leeftijd stierf hij. De herenbank in de Godeharduskerk herinnert aan dit echtpaar. Deze bank werd in opdracht van Dieuke in 1723 vervaardigd. De rijkversierde bank draagt de familiewapens Wielinga en Westerhuis.herenbank westerhuis wielinga
foto: kerken.frl

In 1811 was er één Marrumer, die als achternaam Westerhuis koos. Deze boer, Jan Jans Westerhuis, heeft ongetwijfeld op een van de Westerhuisboerderijen gewoond, maar was geen afstammeling van de familie Westerhuis, die een eeuw eerder de eigenaar van Westerhuis waren.

Door vererving is de grootgrondbezitter baron J.W.M. Collot d’Escury in 1830 eigenaar. Hij verhuurt het buitenhuis en de boerderijen.

Westerhuis LC 1841In 1841 wordt de boerderij met het buitenhuis verkocht, zo blijkt uit de advertentie hiernaast. De herenhuizinge, waarvan helaas geen afbeelding bekend is, valt ten prooi aan de slopershamer, zoals uit de volgende advertentie uit 1842 blijkt.

Westerhuis afbraakgoederen LC1842

Concluderend kan dus worden gesteld dat de naam Westerhuis oorspronkelijk de benaming is geweest van de plek waar twee boerderijen stonden. Het was als het ware een mini-buurtschap. Er staan nog steeds een aantal huizen. De naam is mogelijk te verklaren door de ligging westelijk van Marrum. Het meest waarschijnlijk lijkt dat, nadat de Staten van Friesland de voormalige kloosterboerderijen verkochten, er een buitenhuis tegen een van de boerderijen gebouwd is. Dit buiten werd ook Westerhuis genoemd. De toenmalige eigenaren Tjerk Sjoerds en Sjoerd Tjerks Westerhuis hebben hun naam aan hun bezittingen 'op Westerhuis' ontleend, en niet andersom.

Geschreven in 2022 door Titia Jippes-de Boer